De invulling van het technisch kader bij HV KRAS/Volendam heeft de afgelopen tijd een transitie ondergaan. Maar wie zijn de betrokkenen op handbaltechnisch gebied en wie hakt er knopen door? Met de start van de Nederlandse Eredivisie in zicht – begin maart – vertelt algemeen manager Joost Ooms over de veranderingen in de organisatie. “Ik krijg een warm gevoel van alle betrokkenen met een kloppend hart voor HV KRAS/Volendam.”
Ooms begint enthousiast te vertellen wanneer hem gevraagd wordt naar de organisatorische veranderingen. “Op de eerste plaats is dit seizoen een nieuwe trainer aangetreden en dat leidt vrijwel altijd tot veranderde inzichten, trainingsmethoden en benadering van spelers. Zo ook bij Piotr. Hiermee wordt je automatisch gedwongen weer met een frisse blik te focussen op de inhoudelijke sportstructuur van de vereniging. Zo kun je bepalen welke strategieën, structuren, trainingen en benaderingen het beste zijn om tot de best mogelijke resultaten te komen. Dit gold ook voor mezelf, zeg ik er meteen bij.”
Ooms vervolgt: “Om deze reden hebben we onder andere Jasper Snijders (naast oud-handballer ook bewegingswetenschapper, red.) weer binnengehaald om voorzitter Piet Kes en mij vanuit zijn handbalervaring te ondersteunen op het topsportvlak. Meer dan in het verleden ben ik me als algemeen manager, met sparringpartner en adviseur Piet en ondersteund door Jasper, bezig gaan houden met het optimaliseren van overleg op de technische werkvloer en de faciliteiten eromheen. In het bijzonder met Piotr en al dan niet samen met Claus Veerman of zijn hele staf. Uiteraard vergeten we damesontwikkeling, de recreatie en de jeugdopleiding niet.”
Al snel bleek dat de nieuwe trainer graag in Volendam wilde trainen met zijn spelers. Omdat Schoonmaakbedrijf Succes bezig was een fitnessruimte voor zijn personeel in te richten in hun leegstaande garage, kon in overleg met BodyResults worden geregeld dat ook HV KRAS/Volendam onder leiding van Michel Snoek in de krachttrainingsruimte kon gaan trainen. “Het leek wel of verschillende puzzelstukjes op hun plaats vielen”, blikt Ooms terug. “Het is een prachtige voorziening en hierdoor zijn we niet meer afhankelijk van andere accommodaties. Behalve op de vaste uren kunnen we het ook gebruiken op tijden die door omstandigheden beter uitkomen voor bepaalde spelers. Om te kunnen beoordelen of de gekozen krachttrainingen, voedingsgebruiken en aanverwanten de best denkbare zijn, zijn we bezig met het formeren van een klein groepje mensen met verschillende opleidingen, kennis en kunde die samen de trainingsschema’s beoordelen. Factoren als eetgewoonten en fysieke gesteldheid worden hierin meegenomen.”
De app Sportstrain sluit perfect aan bij de optimalisatie van fysieke en mentale gesteldheid van de herenselectie. “We beschikken sinds kort over een geavanceerd systeem waarbij de handballers via een smartphoneapp dagelijks allerlei vragen moeten beantwoorden, die inzicht verschaffen over hun gezondheid. Slaap je de laatste tijd goed? Hoe zwaar ervaarde je de training? Hoe voelen je spieren aan tijdens en na een training? Welke kleur heeft je urine na de nacht? Vragen die antwoorden kunnen geven over de invloed van de trainingen. Met deze resultaten kan bepaald worden of de oefenstof vervolgd of wellicht op punten aangepast moet worden. Momenteel is het allemaal nog nieuw , maar ik verwacht hier veel positiefs van. Naar mijn idee heeft deze app een toekomst bij alle sporten.”
Een ander punt waar Ooms en Kes meer op focussen is het persoonlijke contact met de spelers. “In de afgelopen tijd heeft enkele individuen niet altijd het professionele gedrag vertoond dat wij van iedereen verwachten. Piotr hanteert een vrij strenge standaard om discipline in het team te brengen. Voor een topsporter moet zijn sport altijd op de eerste plaats komen en worden aanwijzingen van een trainer zonder discussie opgevolgd. Ook zouden topsporters moeten aanvoelen waarvoor wel of geen toestemming moet worden gevraagd. Piet, Piotr en ik overleggen over zaken die niet wenselijk zijn en samen bepalen we wat aanvaardbaar is en/of welke disciplinaire maatregel moet worden getroffen.”
“Door omstandigheden heb ik momenteel meer tijd om me bezig te houden met het verkennen van de markt,” gaat Joost verder. “Contacten met sportmakelaars, sportbestuurders waarmee ik in een netwerk zit, buitenlandse bekenden; het kan ons soms leuke nieuwtjes opleveren over beschikbare en geïnteresseerde spelers, die mogelijk in onze vereniging goed zouden gedijen. Twee weken terug heb ik bijvoorbeeld een cursus in Duitsland gedaan. Daar leer je niet alleen de aangeboden lesstof, maar je maakt ook kennis met nieuwe wegen waarlangs je soms zaken kunt bereiken die goed zijn voor de club. Je kunt veel voorbereidend werk doen, maar een keuze voor het wel of niet aannemen van een speler, neem je liever niet alleen. En zoals eerder al gezegd is Piet daarbij een goede adviseur en is Jasper iemand die ons met zijn ervaring van afstand kan adviseren. Deze driemanschap is naar mijn mening een goede structuur om weloverwogen beslissingen te kunnen nemen.”
Ooms is zich ervan bewust dat het Volendamse bloed binnen de club moet blijven vloeien. Zowel binnen de lijnen als in de organisatie en de opleiding. “In de vorige week gehouden algemene ledenvergadering kwam een eerder aangedragen punt over het terughalen van oude spelers aan de orde. In feite zijn we daar al mee bezig. Jasper Snijders is één van de voorbeelden. Hij is niet alleen adviseur en technisch commissielid, maar speelt ook geregeld mee bij Jong BodyResults/Volendam. En wat te denken van Tom Schilder, die in thuiswedstrijden weer meespeelt in het eerste team en in de eredivisie weer volwaardig deel uit maakt van het team. Het voelt goed als oudgedienden weer op het nest neerstrijken.”
“Ook in onze technische staf vinden we enkele oud-spelers in de persoon van Claus Veerman, Dirk Tuip en onze keeperstrainer Martijn Cappel. Een mengeling van eigenheid en ervaring, die ze willen delen met elkaar en de vereniging. Maar ook de broertjes Admiraal en Matthijs Vink blijven onze club trouw en zijn nog immer actief binnen HV KRAS/Volendam. Als laatste wil ik Gerry Eijlers noemen, die volgend seizoen ons doel komt beschermen. Jammer is dat oud-international Marco Beers dit seizoen is gestopt, maar stiekem vertrouw ik er op dat hij weer bij ons terugkomt. Het geeft me een warm gevoel dat zoveel betrokken mensen met een kloppend hart voor de vereniging zich willen inzetten om de triomfjaren van voorheen te doen herleven. Ik heb daar ook alle vertrouwen in. Door respect voor en overleg met elkaar zijn we bezig de weg terug weer te vinden.”